Verknopingsunits VAPH - GGZ
Voor VAPH-professionelen

Rechten van de gebruiker

De gebruiker heeft recht op:

  • inspraak: individueel en collectief
  • een eigen dossier
  • een correcte klachtenbehandeling

Individuele inspraak

De gebruiker heeft recht op volledige, nauwkeurige en tijdige informatie over alle aangelegenheden in verband met zijn zorg en ondersteuning die hem rechtstreeks en persoonlijk aanbelangen. 

Voorafgaand overleg met de gebruiker of zijn vertegenwoordiger is verplicht over:

  • wijzigingen aan de IDO of het handelingsplan
  • maatregelen die vanwege de evolutie van de fysieke of geestelijke toestand van de gebruiker moeten genomen worden
  • wijzigingen in de individuele woon- of leefsituatie

Zowel de zorgaanbieder als de gebruiker of zijn vertegenwoordiger kan initiatief nemen voor dat overleg. 

Collectieve inspraak

Alle zorgaanbieders - behalve de diensten ondersteuningsplan (DOP) - moeten collectieve inspraak organiseren voor hun gebruikers of hun vertegenwoordigers. Het document met de collectieve rechten en plichten omschrijft hoe die inspraak georganiseerd wordt.

Zorgaanbieders die woonondersteuning/verblijf aanbieden, zijn verplicht om een collectief overlegorgaan op te richten. 

Collectief overlegorgaan (gebruikersraad)

Samenstelling

Het collectief overlegorgaan bestaat uit gebruikers of hun vertegenwoordigers en telt minstens drie leden. De gebruikers of hun vertegenwoordigers kiezen de leden voor een termijn van vier jaar.

De zorgaanbieder is verantwoordelijk voor de organisatie van de verkiezingen. Als er minder dan 3 leden verkozen worden, wordt collectieve inspraak georganiseerd. De manier waarop dat georganiseerd wordt, wordt bepaald in de collectieve rechten en plichten. In dat geval worden na twee jaar opnieuw verkiezingen georganiseerd. 

In principe is het de gebruiker die zich kandidaat stelt, ongeacht of hij een beschermingsstatuut heeft. Als de gebruiker dat niet kan of wil, dan kan een vertegenwoordiger zich kandidaat stellen, ongeacht of die een officieel mandaat heeft als bewindvoerder. Er moet uitgegaan worden van democratische verkiezingen. Dat betekent per gebruiker één kandidaat en één stem. Elke gebruiker die verkozen wordt voor het collectief overlegorgaan, kan zich altijd laten bijstaan door iemand uit zijn netwerk. Als de verkozen gebruiker een bewindvoerder over de goederen heeft, raden wij aan dat bij financiële besprekingen de bewindvoerder ook aanwezig is. Als een gebruiker zich laat bijstaan en er moet gestemd worden op het collectief overlegorgaan, dan geldt ook dat die persoon maar één stem heeft.

Het mandaat van een lid van het collectief overlegorgaan is hernieuwbaar. Het mandaat vervalt wanneer:

  • de termijn waarvoor het lid verkozen is verstreken is;
  • het lid de zorgaanbieder verlaat;
  • het lid ontslagen wordt.

Op initiatief van het collectief overlegorgaan en in overleg met de zorgaanbieder kan een andere gebruiker of vertegenwoordiger verkozen worden. Het collectief overlegorgaan is niet meer rechtsgeldig wanneer er minder dan drie leden zijn. In dat geval wordt een nieuwe verkiezing georganiseerd.

Opdracht

Het collectief overlegorgaan stelt een huishoudelijk reglement op waarin minstens wordt opgenomen welke de frequentie van vergaderen is en op welke manier gebruikers of hun vertegenwoordigers inbreng kunnen leveren aan het collectief overlegorgaan. Het huishoudelijk reglement van het collectief overlegorgaan is te vinden in de collectieve rechten en plichten. 

De zorgaanbieder moet verplicht voorafgaand overleggen met het collectief overlegorgaan over:

  • wijzigingen aan de collectieve rechten en plichten
  • belangrijke wijzigingen in de algemene woon- en leefsituatie
  • wijzigingen in het concept van de voorziening
  • wijzigingen van de woon- en leefkosten (in het geval van vergunde zorgaanbieder)

Zowel de zorgaanbieder als het collectief overlegorgaan hebben het recht om advies te vragen of te geven over aangelegenheden die de verhouding tussen de zorgaanbieder en de gebruikers of hun vertegenwoordigers aangaan. 

Daarnaast is er hoorrecht en antwoordplicht over elk onderwerp waarover het collectief overlegorgaan een standpunt aan de zorgaanbieder wil meedelen. 

De zorgaanbieder geeft aan het collectief overlegorgaan de noodzakelijke informatie over beslissingen die rechtstreeks over de woon- en leefsituatie van de gebruikers gaan en over alle andere elementen die de gebruikers als groep aanbelangen, waaronder informatie over de jaarrekeningen van de zorgaanbieder en het doelmatig inzetten van de middelen.

Een afgevaardigde van het collectief overlegorgaan wordt als waarnemer uitgenodigd op de vergaderingen van de raad van bestuur voor de bespreking van aangelegenheden die betrekking hebben op de zorgaanbieder.

Het collectief overlegorgaan kan, in naam van de gebruikers, klachten die over meer dan een gebruiker gaan en die de gebruikers niet in eigen naam bij de zorgaanbieder willen indienen, rechtstreeks bij de leidend ambtenaar van het VAPH indienen.

Klachtenbehandeling

De gebruiker of zijn vertegenwoordiger kan altijd een schriftelijke klacht indienen bij de zorgaanbieder. Meer info vindt u op de webpagina ‘klachtenprocedure’.