Hans Hendrikx is 32 en woont al tien jaar samen met elf andere personen met een handicap in Het Vriendenhuis in Schilde. Zijn papa Bob richtte samen met andere ouders Het Vriendenhuis op. Enerzijds uit noodzaak, anderzijds om zijn kind met zorg op maat te omringen. “Ons streven is zo veel mogelijk kwaliteit van leven te garanderen voor onze kinderen”, zegt hij.
“Hans is erg gelukkig in Het Vriendenhuis”, vertelt Bob Hendrikx. “Dat merk je aan alles, hij straalt het uit. Het weekend brengt hij bij ons thuis door. Maar zijn echte woonplaats is Het Vriendenhuis.”
“Drie dagen per week gaat Hans naar een dagcentrum. Hij neemt er deel aan allerlei activiteiten: knutselen, koken, dieren verzorgen. Op woensdag blijft hij in Het Vriendenhuis, samen met een drietal andere bewoners. ’s Morgens bereiden ze samen een maaltijd, ’s namiddags doen ze geregeld een buitenactiviteit: een wandeling maken, in de tuin werken, het busje schoonmaken. Af en toe gaan ze winkelen om cadeautjes te kopen voor medebewoners die verjaren.”
“Elke vrijdag organiseert Het Vriendenhuis zelf dagbesteding. We proberen daarbij connectie te maken met de buurt”, zegt Bob. “We koken bijvoorbeeld voor de bewoners van een vergunde zorgaanbieder hier vlakbij. Of we gaan naar een manege om de paarden te verzorgen en de stallen uit te mesten. Geregeld doen we ook tuinonderhoud voor organisaties uit de buurt of kleine karweitjes voor de school om de hoek.”
Ook de meeste andere bewoners van Het Vriendenhuis gaan overdag naar een dagcentrum. Of ze werken onder begeleiding in een bistro, in een broodjeszaak of in de keuken van de school. ’s Avonds gaan sommigen naar de dansles, de tekenschool of de hockeyclub. Andere avonden doen de bewoners samen activiteiten, zoals zwemmen of bowlen. Of ze blijven gezellig napraten na het eten en kijken samen televisie.
Elke bewoner zijn eigen bezigheden. Maar ’s avonds en ’s nachts blijven ze samen. Na al die jaren vormen ze nog altijd een hechte vriendenkring.
Solidariteit
“Het initiatief voor Het Vriendenhuis kwam van een aantal ouders met een kind in Katrinahof, een school voor buitengewoon onderwijs in Antwerpen”, zegt Bob. “De ouders maakten zich zorgen over wat er met hun kinderen zou gebeuren na hun 21ste. Bovendien wilden de ouders de kinderen graag samenhouden. Ze vormden een hechte vriendengroep. Hans zat niet op die school, maar kende een van de andere jongens via de scouts. De persoonsvolgende financiering bestond toen nog niet en op het moment dat hij 21 zou worden, kon hij niet langer op internaat in MPI Oosterlo. Daarom zocht ik samen met de andere ouders een oplossing.”
“Ons project kreeg vorm toen we in gesprek gingen met zorgaanbieder Pegode. Die netwerkorganisatie ondersteunt kleinschalige, autonome projecten. Pegode hielp ons om een goed concept uit te werken. In 2012 vonden we een geschikt pand in Schilde. ‘Het is nu of nooit’, was de sfeer onder de ouders.”
“Toen Het Vriendenhuis startte, had slechts één persoon een budget, wat toen nog een convenant heette. Toch zetten we door. In het begin was het hard werken. Gelukkig was het huis in orde en hoefden we niet te verbouwen. Maar financieel was het niet evident. De Vlaamse overheid erkende Het Vriendenhuis als ‘proeftuinproject’. We kregen twee jaar subsidies voor een coördinator. Om de financiering rond te krijgen, legden we alle vervangingsinkomens solidair samen. Kwamen er persoonsvolgende budgetten bij, dan gingen die in de pot voor de twaalf bewoners. Daarnaast organiseerden we samen fondsenwerving. Vandaag, tien jaar later, hebben zes bewoners een persoonsvolgend budget. De financiële solidariteit houdt stand.”
Grote participatie en betrokkenheid
“Die solidariteit is er ook op andere vlakken. Om de zes weken komen we met alle ouders samen. We bespreken de werking en verdelen de taken. Twee keer per jaar hebben we een feestweekend, waar alle ouders actief aan meewerken. We organiseren ook een kerstmarkt, waar elk ouderpaar een kraampje heeft. Iedereen engageert zich naar eigen mogelijkheden.”
“De meerwaarde van Het Vriendenhuis is de grote participatie en betrokkenheid. Beslissingen nemen we samen. Op die manier kunnen we samen zorgen voor zoveel mogelijk kwaliteit van leven voor onze kinderen. Er is ook een zeer korte lijn tussen de ouders en het personeel. Op dit ogenblik hebben we vijf begeleiders in dienst.”
Samen gaan we voor zoveel mogelijk kwaliteit van leven voor onze kinderen.
“We werken trouwens nog altijd met Pegode samen. Alleen kan je dit niet. Je moet je laten bijstaan door mensen die ervaring hebben en de sector kennen. Ons personeel staat op de loonlijst van Pegode, we volgen opleidingen bij hen en de organisatie helpt ons om onze visie helder te houden. We zijn zeer tevreden over die samenwerking. Via Pegode leren we ook andere initiatieven kennen.”
Of er ook nadelen zijn? “Het vraagt natuurlijk een groot engagement. Ik kan niet in mijn zetel achteroverleunen. Het is alsof je een bedrijf runt”, legt Bob uit. “Dat is soms best pittig. Maar als ik zie hoe gelukkig Hans en zijn medebewoners in Het Vriendenhuis zijn, dan weet ik dat we de juiste keuzes gemaakt hebben.”