Niels (29) en Tine (32) zijn enkele van de vaste zorggasten op zorgboerderij de Rommeshoef in Essen. Ze verzorgen er de dieren en telen er groenten. Maar er wordt niet alleen gewerkt. Samen maken de zorggasten ook fietstochten en uitstappen en doen ze boodschappen. Initiatiefnemers van de Rommeshoef zijn Toon Hamans en Monique Nelen, sociaal ondernemers in hart en nieren. Zij startten met de boerderij voor hun zoon Niels.
We denken niet in termen van werk, maar in activiteiten voor de gasten.
De Rommeshoef vzw is bij het VAPH geregistreerd als groenezorginitiatief. Het begon zoals vaak met een droom. “Onze zoon Niels heeft een verstandelijke beperking en ADHD”, vertelt Toon. “Hij is graag buiten bezig. Gingen we op bezoek bij vrienden met een boerderij, dan hielp Niels graag in de stallen. Zo begonnen we te dromen van een zorgboerderij voor hem.”
“We bezochten bestaande zorgboerderijen, maar daar lag de lat te hoog voor Niels. Hij kan namelijk niet zelfstandig functioneren, hij heeft begeleiding nodig. Uiteindelijk hebben we zelf de handen uit de mouwen gestoken.”
“Ik zocht zoveel mogelijk informatie op en maakte een businessplan”, gaat Toon verder. “Het vinden van een boerderij was niet eenvoudig. Tot we op de Rommeshoef stootten, een voormalige kloosterboerderij naast de school in Essen. In 2010 konden we de boerderij kopen. Er was veel renovatiewerk nodig. In september 2012 waren we klaar voor de eerste gasten. We bestaan dus ondertussen 10 jaar.”
Stap voor stap groeien
“Om in de beginjaren de zorg én de financiën rond te krijgen, sloten we een samenwerking met Orthopedagogisch Centrum Clara Fey in Brecht. Op die manier konden we op dagdeelbasis een begeleidster inhuren. Zo konden we stelselmatig groeien. Toen de persoonsvolgende financiering het speelveld veranderde in 2017, namen we zelf een eerste begeleidster in dienst. Vandaag zijn dat er drie. Op dit moment werken we vijf dagen per week en hebben we 11 zorggasten; elke dag komen er 6 tot 8. Verder komen er elke dag vrijwilligers en een stagiair van de studierichting orthopedagogie of zorgkunde.”
“Onze doelgroep bestond eerst uit jongvolwassenen. Gaandeweg kregen we ook andere aanvragen. Zo komen er ook twee volwassenen: iemand die een beroerte had en iemand die een hersenletsel opliep bij een ongeval.”
Alles in functie van de zorggasten
“Alles op de boerderij staat in functie van de zorggasten. We denken niet in termen van werk, maar in activiteiten voor de gasten. We hebben kippen, konijnen, geiten, schapen, een shetlandpony, een klein paardje, alpaca’s, ezels en pony’s. De zorggasten komen om 9 uur ’s morgens aan. Eerst praten we bij tijdens een gezamenlijk groepsmoment. Daarna verdelen we de taken voor de ochtend: de konijnen verzorgen, de geiten eten geven … Sommigen kunnen alleen aan de slag, maar er is sowieso altijd een begeleider aanwezig. Een keer per week is er grote schoonmaak van alle hokken en stallen.”
Ik ben trots op wat we hier allemaal telen. Hier wil ik gerust de rest van mijn leven blijven werken. Ik voel me hier goed.
“Na die eerste taken en nog een groepsmoment met koffie en een koek, splitsen we om 11 uur de groep. De ene helft blijft op de boerderij, de andere trekt er met de fiets en de duofiets op uit. Zij doen boodschappen voor de broodmaaltijd met een slaatje of soep ’s middags.”
“Het middagprogramma start met een rustmoment. Om 2 uur gaan we weer aan de slag, in de moestuin. Afhankelijk van het seizoen zaaien, planten, wieden of oogsten we bijvoorbeeld. De groenten verkopen we twee keer per week in een kraampje aan ouders die hun kinderen naar de school hiernaast brengen. De zorggasten verkopen zelf de producten. En de winst gaat in een gezamenlijke pot. Die gebruiken we voor leuke dingen, zoals een terrasje tijdens een fietstocht. Want we maken geregeld een uitstap. In de winter gaan we schaatsen, of we gaan eens naar een muziekoptreden, of naar de markt… Elke dag sluiten we af met een drankje en een babbel, waarna de zorggasten rond half vijf terug worden opgehaald.”
Altijd veel te doen
“Voor ons begon dit verhaal met Niels. Sinds 2015, toen hij van school af kwam, bloeit hij hier open. In het begin waren we wat bezorgd dat hij zijn grote netwerk van op school zou missen. In Wuustwezel zat hij met vierhonderd leerlingen op school. In de Rommeshoef is de schaal veel kleiner. Daarom gaat Niels twee dagen per week naar dagcentrum De Vlotter in Essen. Zo heeft ook hij voldoende afwisseling, en kan hij zich verder ontwikkelen in verschillende omgevingen.”
Tine komt vier dagen per week naar de Rommeshoef. Zij is 32 en dochter van een landbouwer. “Ik doe mijn werk erg graag”, zegt Tine. “De konijntjes verzorgen, maar ook de pony’s, de geiten en de schapen, de alpaca’s en de ezels. Ik kom goed overeen met de collega’s. Soms kan het wel druk zijn. Vooral op woensdag, dan zijn we met veel. Maar er is altijd veel te doen. Zelfs in de winter. Dan mesten we de stallen uit, geven we de dieren eten en water … ’s Middags knutselen we wel eens. En ik mag hier ook granola maken.”
“Van dieren ben ik helemaal niet bang”, zegt Tine. “Ik heb vroeger leren paardrijden. Op de Rommeshoef mag ik geregeld op de pony rijden. Dat vind ik heerlijk. In de zomer vind ik het leuk om groenten te verkopen. Dan praat ik met de klanten. Ik ben trots op wat we hier allemaal telen. Hier wil ik gerust de rest van mijn leven blijven werken. Ik voel me hier goed.”
“Ik heb maar één doel voor ogen”, zegt Toon bij het afscheid: “elke zorggast een leuke dag aanbieden, zodat ze ’s avonds met een grote smile naar huis gaan.”